| - Dordrecht, Dubbeldam en Kop van het Land, 1592 -
 
 In
        de loop van de 16e eeuw kreeg Arend Cornelisz. van der
        Mijle, burgemeester van Dordrecht en heer van het
        eveneens verdronken dorp De Mijl, interesse in de rechten
        over Dubbeldam. In 1554 kreeg hij die rechten van het
        gewest Holland als erfpacht. Vanaf ca. 1560 begonnen hij
        en zijn opvolgers het gebied systematisch in te polderen.
        De oude loop van het riviertje de Dubbel/Thuredriht wordt
        gebruikt als ontginningsas voor de eerste bedijkingen en
        inpolderingen. De ontstane poldertjes (ca. 15) zijn op
        deze kaart nog onregelmatig van vorm - wijzend op een
        kleinschalige aanpak. De oude rivierloop wordt ook de eerste weg. In 1986 werd
        deze eerste weg - de huidige Blekersdijk, Dubbeldamseweg,
        Dordwijklaan, Dubbelsteijnlaan en Kromme Zandweg - door
        de fysisch geograaf dr. H.A. Visscher ook wel 'de
        ruggengraat van het Eiland van Dordrecht'
        genoemd.
 
 Twee van de oorspronkelijk vier eendekooien lijken hier
        als zodanig nog aanwezig. Opvallend is verder een nieuwe,
        naar het westen lopende zijtak van de Dubbel met daarin
        een duidelijke V-vormige knik. Precies in deze knik ligt
        nu het NS-station Dordrecht.
 (de polder Oud Dubbeldam)
 
 Kaart gemaakt door Simon & Cornelis Jansz. in
        1592.
 
 |